Lessen uit de schuldencrisis
dinsdag 29 mei 2012, 16:00, Paul de Hen
De Europese schuldencrisis gaat maar door. Ondanks het inmiddels fors opgevoerde noodfonds. Het heeft weinig zin om te speculeren over de uitkomst van de volgende Griekse verkiezingen en de gevolgen daarvan voor de rest van de euro-landen. Maar er zijn wel wat lessen te trekken. Bijvoorbeeld:
1. George Papandreou had gelijk toen hij als premier van Griekenland een referendum wilde uitschrijven over de aanpak van de schuldencrisis waarin zijn land verkeert. De andere eurolanden i hadden hem niet moeten attaqueren maar moeten bijvallen. Als vorig jaar december het Griekse volk zich had kunnen uitspreken was ofwel een harde bezuinigingslijn gelegitimeerd, ofwel meteen al duidelijk geworden dat zoiets maatschappelijk onhaalbaar was. Dat had dan een boel geld gescheeld aan de landen en internationale organisaties die het tweede steunpakket voor Griekenland vaststelden.
2. Romano Prodi had gelijk toen hij als voorzitter van de Europese Commissie i in 2002 de normen uit het Stabiliteits- en Groeipakt ‘dom, want te rigide’ noemde. Iedereen viel over Prodi heen. Maar nu weten we wat de normen voorstellen: ze doen niet waarvoor ze bedoeld zijn, de economie stabieler maken. En niet eens omdat naleving ervan na toetreding tot het eurogebied tot voor kort niet serieus kon worden afgedwongen. Landen die zich keurig aan de norm hielden zijn niettemin in grote problemen gekomen – Spanje, Ierland. Landen die zich er niet strikt aan hielden – Duitsland onder de SPD-bondskanselier Gerhard Schröder– floreren nu. Het blijkt dat lage tekorten en lage schuldquotes in een ernstige recessie razendsnel kunnen omslaan in hoge tekorten en snel stijgende schulden.
3. François Hollande had gelijk toen hij ervoor pleitte om naast een Europees afgedwongen bezuinigingsbeleid ook een stimuleringsbeleid op te zetten. Zijn geluk is dat hij anders dan Papandreou – opzij gezet – en Prodi – met pensioen gestuurd – net is aangetreden als president van het op een na machtigste euro-land. Duitsland, en de Europese Commissie die onder voorzitterschap van José Manuel Barroso i en met Olli Rehn i als supercommissaris voor financieel-economisch beleid in de crisis straf de Duitse leiding volgt, maken hun draai.
4. Daniel Gros van de Brusselse denktank CEPS – overigens tegenstander van een stimuleringsbeleid gericht op de tekortlanden – heeft gelijk met zijn pas (samen met Dirk Schoenmaker) gelanceerde voorstel om een Europese versie http://www.ceps.be/book/european-deposit-insurance-and-resolution-fund van de Amerikaanse Federal Deposit Insurance Corporation (FDIC) op te zetten. Want is een van de kernproblemen in de schuldencrisis niet, dat grote overheidstekorten en oplopende schulden in een euro-land door marktpartijen worden geprojecteerd op de hele economie van dat land, en met name op het bankwezen? Het is momenteel mode om ‘de banken’ voor zowat de hele recessie verantwoordelijk te stellen, maar banken zijn een onmisbare schakel in ieder modern financieel stelsel. Het zou voor de situatie in Griekenland, en nu wellicht ook in andere Zuid-Europese landen, heel wat schelen als een dreigend staatsbankroet niet meteen ook het bankwezen mee zou sleuren. Maar dan moeten de banken wel losgemaakt worden uit hun nationale financiële- en toezichtkader.